En toen ging het licht uit…

Afgelopen week was ik in Fuerteventura. Ik ben verliefd op het land en ik ben er al een aantal keer geweest om tot rust te komen, maar ook om te sporten: Het is hét eiland voor amateurwielrennen, hiken en watersport! Ik pakte meer sportkledij dan gewone kledij in en nam me voor om iedere dag vroeg op te staan. Jammer genoeg ging op reis voor mij het licht uit…

Iedereen kent het fenomeen en je hoort er constant verhalen over: Je gaat op verlof en je wordt ziek. De (chronische) stress valt weg en je laat je lichaam eindelijk toe om te ontspannen. Maar je bent jong en je wil wat dus ik ging die week aan mezelf  en mijn ‘fysiek’ werken. Dat was mijn plan, maar my body said no. Ik werd zwaar ziek.

Fuerteventura

Fuerteventura is een land dat je naar de keel grijpt (voor mij zelfs letterlijk). Het is mistroostig en onheilspellend door het dorre landschap. Het is melancholisch en ruw, maar ook prachtig mooi. Fuerteventura is ook in verval… Of misschien eerder onaf (net zoals ik)… In 2009 werd het eiland door UNESCO uitgeroepen tot natuurreservaat en mocht er niet meer gebouwd worden. Projecten mochten wel afgewerkt worden, maar er was minder geld voor. Ook door de recessie. Vandaar dat je er dikwijls slecht onderhouden of zelfs verlaten hotelcomplexen ziet. Hele dorpen zien er onbewoond uit. Fuerteventura was in die periode duidelijk jong en het wilde wat… Te veel… Net zoals ik.

fuerteventura view

Ik was alleen op reis, dus al snel raakte ik ongerust en zweefde er een negatieve energie boven mij als een zwarte nevel: klaar om mij op te slokken. Tot ik op een namiddag met heel veel zelfmedelijden op een verlaten stukje strand wandelde. In Fuerteventura zitten veel stenen in het water en een visje was erachter blijven ‘steken’. Het was op een schub na van de dood, maar het leefde nog. Snel nam ik een platte steen en vol afschuw (want vissen zijn glibberig en vies) rolde ik de vis op de steen terwijl ik hem moed insprak: “Oké visje, ik ga je redden.” Ik zette de vis wat verder in het water, waar het bleef drijven. Eén golf… De vis bleef aan de oppervlakte. Misschien zat er te veel zand op zijn vinnen gekleefd… “Komaan visje”. Een tweede golf… “Visje toe, zwem zwem.” Een derde golf kwam en de vis zwom pijlsnel weg. “Ja,” joelde ik. “Ja, gewoon… gewoon blijven zwemmen.” En ik moest eens hartelijk lachen met mezelf.

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *